Het gebouw maakt deel uit van het Researchpark Waterfront, in een omgeving die gekenmerkt wordt door ondergelopen kleiputten. De natuur heeft zijn greep op de site hersteld en verzacht de menselijke ingrepen.
Het gebouw werd ingevuld volgens de krijtlijnen van het BPA en is geconcipieerd als een monoliet blok ingebed in de omgeving, met referenties naar de voormalige steenbakovens door het lichtjes naar buiten inclinerende gevelsteen onderaan het volume.
De dieperliggende ramen onderstrepen het monoliet karakter van het gebouw door hun diepe schaduwwerking. De gevelopeningen zijn in relatie tot de functie binnen; groot en ruim met een optimaal zicht naar de vijver en de omgeving toe alsook aan de oost-, zuid- en westzijde de toepassing van claustra’s als zonnewerking voor de achterliggende ramen.
Een centrale toegang met vide scheidt de 2 functionele vleugels van elkaar: een kantoorgedeelte en een labogedeelte.
De ondergrondse parking en ruimte voor stamcelstockage zijn aan het zicht onttrokken door inwerking in het thalud.